16-06-2003


Een inleiding voor hanteren, opslaan en archiveren van analoge en digitale videobanden
door Gaby Wijers


Een groot deel van de in museale collecties aanwezige videowerken werd ooit opgenomen op oude en tegenwoordig niet meer afspeelbare formaten en systemen. Uitingsvormen, formaten en (on)mogelijkheden van) nieuwe systemen wisselen elkaar nog steeds in een snel tempo af. Van een standaard is geen sprake. De beeldband heeft meer dan 50 verschillende analoge registratiesystemen gekend, waarvan de oudste uit 1965 stamt. Hiervan zijn er nog ca. 10 in gebruik. De huidige magnetische banden bestaan uit drie verschillende lagen. Het videosignaal wordt gecodeerd in de bovenste laag van de band. Deze toplaag is een bindlaag van polyester polyurethane waarin de magnetische deeltjes (het video signaal) opgenomen zijn. Door veroudering kan er chemische achteruitgang als oxydatie en hydrolyse ontstaan. Klimatologische omstandigheden, maar ook stof, vuil, ultraviolette straling, warmte en magnetische velden kunnen een magneetband beïnvloeden. De op de banden opgeslagen informatie dient voor optimaal behoud binnen 7, maximaal 10, jaar overgezet te worden op een andere drager. Om verkleving en oxidatie te voorkomen dienen de banden jaarlijks gespoeld te worden. Voor optimaal behoud en beheer worden de videobanden opgeslagen onder continue omstandigheden; temperatuur bij voorkeur 18ºC ( /- 1ºC) en vochtigheidsgraad 40% RH ( /-5%). Bovendien slijt de band bij gebruik en dienen voor presentaties kopieën gebruikt te worden. De moeilijkheid van het aanpassen van het klimaat op de band is dat een band uit twee delen bestaat. Er is de behuizing van de tape en daarnaast de tape zelf. Beide bestaan uit verschillende soorten materialen die op hun beurt weer een samenvoeging zijn van materialen. Door deze 'mix' ontstaat eigenlijk het probleem. Elk materiaal heeft zijn eigenschappen en daardoor ook een pakket van eisen voor hantering, opslag en klimaat.

Temperatuur

Alle huidige magnetische banden bestaan uit een formulelaag op een film van polyester (of van een soortgelijk materiaal). De magnetische formule bevat verschillende chemicaliën, waaronder een kopreinigingsmiddel, bindmiddel, oppervlaksmeermiddelen, een schimmelbestrijdingsmiddel, plasticeermiddelen, dispergeermiddelen en het magnetische deeltje zelf.

De temperaturen voor veilige opslag die door veel fabrikanten van media worden aanbevolen worden in feite bepaald door ofwel de basisfilm van polyester ofwel door de plastics die in de behuizing van de cassette gebruikt zijn. De noodzaak om stabiele afmetingen van de behuizing van de cassettes en van de tape zelf te behouden, is een cruciale factor bij het bepalen van een geschikte werktemperatuur-en opslagbereik.

De polyester basisfilm waarop de magnetische formulelaag zich bevindt is redelijk temperatuurgevoelig. Temperatuurvariaties zorgen ervoor dat de tape uitzet of krimpt. Deze 'toename' of 'afname' die aanzienlijk kan zijn, kan druk in de rol tape veroorzaken, wat kan leiden tot fysieke schade aan de tape. De magnetische deeltjes van de formule blijven bij extreme temperaturen relatief stabiel en onbeïnvloed.
 

Vochtigheid
Bijna alle magnetische banden (behalve Metal Evaporated Tape) gebruiken één of andere vorm van een bindmiddelsysteem. Het bindmiddel is de lijm die ervoor zorgt dat de formule op de basisfilm plakt. De vroegere magnetische banden (± 20 jaar oud) beschikken niet over geavanceerde bindmiddelen zoals we ze nu kennen. De vroegere bindmiddelen leden vaak onder een proces dat hydrolyse genoemd word. Hiermee wordt bedoelt dat het bindmiddel vocht uit de lucht die in de cassette aanwezig is absorbeert. Dit heeft tot gevolg dat het bindmiddel afgebroken wordt en van het oppervlak van de tape gescheiden wordt. De huidige bindmiddelsystemen zijn veel toleranter voor situaties met een hoge luchtvochtigheid. Bindmiddelhydrolyse komt nog maar zelden voor. Opslagomstandigheden en de werkomgeving spelen echter nog steeds een cruciale rol bij het behoud en de bescherming van opnamen.

Over het algemeen geldt; hoe kouder hoe beter. Een probleem bij een lage temperatuur en relatieve vochtigheid doet zich voor wanneer de tape uit het depot moet worden gehaald. Het klimatologische verschil tussen het depot en bijvoorbeeld de werkruimte is dan vrij groot. Hiervoor zijn twee opties; of de werkruimte dezelfde klimatologische omstandigheden aanmeten als het depot, wat voor de gebruiker onprettig werken betekent, of de band in een klimaatbox binnen een daarvoor bepaalde tijdsperiode laten acclimatiseren. Het aanhouden van een lage temperatuur brengt nogal extra ballast met zich mee. Daarnaast is het niet bewezen (d.m.v. verouderingsprocessen die gesimuleerd kunnen worden) dat het bewaren van banden bij een lage temperatuur en relatieve vochtigheid beter is dan het bewaren bij een continue ideale waarde die wordt gesteld aan het klimaat in het depot en werkruimte. Wel is aangetoond dat discontinuïteit in temperatuur en vochtigheidsgraad beschadigingen teweeg brengt.

Werkomgeving
Het magnetische opnameproces is erop gebaseerd dat een opnamekop (stationair of draaiend) informatie naar de opnamemedia overbrengt. Om een opname van hoge kwaliteit te verkrijgen is het van essentieel belang dat er een goed contact tussen de kop en de tape behouden wordt.

Een groot aantal factoren kan verlies van contact veroorzaken en veel van deze factoren hebben te maken met de reinheid van de werkomgeving. De werkomgeving moet de volgende elementen bevatten:

De ruimte: schone vloeren (liefst zonder vaste vloerbedekking), goede luchtverversing en een rookvrije, voedselvrije omgeving om het aantal vuildeeltjes te verminderen.

De apparatuur:
zorg voor goed onderhoud en goede reiniging, vervang versleten pinch rollers en lijn de componenten van het tape-tracé regelmatig uit.

De gebruiker: handen wassen na het eten van voedsel en voor het aanraken van de tape, niet roken of eten in de werkomgeving.



Enkele aanbevelingen

Algemeen

  • Houd media uit de buurt van verstrooide magnetische velden; zelfs zwakke magnetische velden kunnen tot gewiste opnamen leiden.
  • Sla media nooit bovenop apparatuur op. Nagenoeg alle apparaten produceren magnetische velden en warmte.
  • Gebruik geen fysiek beschadigde media. Dergelijke beschadigingen kunnen gemakkelijk stof en vuil naar andere transportmechanismen overbrengen en de loopkenmerken van de media beïnvloeden.
  • Laat media, wanneer deze niet gebruikt wordt, ter bescherming in de verpakking waarin deze geleverd zijn.

Omgangs- en gebruiksomgeving

  • Raak het oppervlak of de rand van de media nooit aan.
  • Omgang met, en gebruik en opslag van opnamemedia mag alleen in een rookvrije, voedselvrije omgeving plaatsvinden.
  • Zorg altijd voor een stabiele geschikte gebruikstemperatuur en gebruiksluchtvochtigheid.
  • Laat media altijd acclimatiseren in de gebruiksomgeving. Hoe groter de verandering van omgeving bij het verschil van temperatuur is, des te meer tijd is er nodig voor acclimatisering.

Opslag en archivering

  • Media moeten in een omgeving met een constante temperatuur en luchtvochtigheid worden opgeslagen.
  • Spoelen moeten altijd ondersteund worden door hun kern.
  • Sla media altijd op met de spoelbanden of flenzen in vertikale stand.
  • Spoel media periodiek (1x per jaar) heen en weer met de juiste trekkracht. Hierdoor kan eventuele druk die in de behuizing in de opspoeling van de tape is ontstaan, verlicht worden.
  • Wanneer recent aangekochte (nieuwe en lege) banden in plastic zakken verpakt zijn, moeten deze uit de zak worden gehaald, omdat de plastic zak zuren die zijn ontstaan tijdens fabricage vasthouden.

Transportmechanismen en recorders

  • Voer regelmatig preventief routineonderhoud uit op alle componenten van het tape-tracé, zoals geleidingswieltjes, pinch rollers, scanners, geleiders en kopinrichtingen.
  • Volg de instructies en aanbevelingen van de fabrikant van de apparatuur bij het gebruik van reinigingstapes.
  • Reinig het volledige tape-tracé altijd zo grondig mogelijk.

Cassettteproducten

  • Draai de spoelen niet met de hand.
  • Gebruik de cassetteklep niet als handgreep.
  • Open de cassetteklep niet om naar het oppervlak van de media te kijken. Spoel een cassette altijd helemaal terug voordat men deze in een transportmechanisme plaatst of eruit haalt.



Bovenstaande is gebaseerd op:

Quentegy, Behandel met zorg, Tips voor omgang met magnetische media (Nijmegen) 1998
Frank van der Maden, Audiovisuele collecties, handleiding voor beheer van bewegend beeld en geluid (Hilversum) 1993

Met dank aan:
Nadine Bors en Ramon Coelho.