Inside Installations - Project Info

2004 -2007


Conservering en Presentatie van Installatie kunst

Van 2004 tot 2007 hebben musea en andere organisaties in Europa gezamenlijk op grote schaal onderzoek gedaan naar de documentatie, conservering en herinstallatie van installaties. De resultaten van het project zijn indrukwekkend: 33 installatie casestudies en de ontwikkeling en uitwisseling van 'best practices' en methoden voor conservering strategieën.

www.inside-installations.org

Inside Installations: Conservering en presentatie van installatie kunst, werd georganiseerd door Instituut Collectie Nederland, Amsterdam (ICN, project coördinator), Tate, London; S.M.A.K., Gent; Restaurierungszentrum der Landeshauptstadt Düsseldorf, Düsseldorf; Stichting Behoud Moderne Kunst (SBMK), Nederland en Museo Nacional Centro de Arte Reina Sofia, Madrid.

Het Nederlands Instituut voor Mediakunst behoorde tot de Nederlandse participanten in SBMK verband evenals: Bonnefanten Museum, Maastricht; ICN, Rijswijk; Museum Boymans van Beuningen, Rotterdam; Kröller-Müller Museum, Otterlo; Van Abbemuseum, Eindhoven. Door ervaringen te delen werkten de partners samen aan de ontwikkeling van richtlijnen voor conservering, herinstallatie en documentatie. De resultaten van het project zijn beschikbaar via de Inside Installations website en de websites van de deelnemende musea en instellingen.

Musea verzamelen al tientallen jaren installatiekunstwerken die gemaakt zijn met niet-traditionele materialen en media als video, film, computers, licht en geluid. Conservering van deze installaties wordt steeds gebruikelijker maar er zijn tot nu toe geen richtlijnen of handleidingen hiervoor. Het is van groot belang dat deze methoden en ethische richtlijnen worden ontwikkeld. Conservering behelst immers veel meer dan simpelweg het conserveren van het fysieke object. De conservering van installaties brengt daarbij een aantal specifieke vragen met zich mee. Bovendien bieden de snelle veroudering van media technologieën, interactiviteit en het specifieke karakter van installaties een uitdaging voor alom geaccepteerde visies op conservering, documentatie en presentatie. Op dit vlak is nog relatief weinig onderzoek gedaan. Authenticiteit en veroudering, artistieke betekenis en interpretatie zijn daarbij bekende factoren. Daarnaast is om een installatie naar tevredenheid op te kunnen stellen diepgaand inzicht in de werkwijze van de kunstenaar, samenwerking met technische specialisten en inzicht in de betekenissen en het belang van materialen en technieken noodzakelijk. Een instelling die een geconserveerde installatie in de toekomst opnieuw wil presenteren kan na een aantal jaren of decennia voor een grote teleurstelling komen te staan. Zonder richtlijnen, zonder zorgvuldige registratie en met verouderde apparatuur blijkt herinstallatie een groot vraagteken.

Het Nederlands Instituut voor Mediakunst nam samen met het Instituut Collectie Nederland twee van de 33 case studies voor haar rekening: Revolution (a monument for the television revolution) uit 1990 van Jeffrey Shaw & Tjebbe van Tijnen en Alberts Ark uit 1990 van Bill Spinhoven.

Beide installaties zijn speciaal vervaardigd voor de reizende tentoonstelling 'Imago , fin de siëcle in Dutch contemporary art ' (1990) een co-productie tussen de toenmalige RBK (nu ICN) en MonteVideo (nu Nederlands Instituut voor Mediakunst). Beide installaties zijn na afloop van de tentoonstelling aangekocht door de RBK en de technische onderdelen als laserdisc player, monitoren en speakers werden onderdeel van de MonteVideo verhuur inventaris. Het beeldmateriaal werd bij MonteVideo opgeslagen, de objecten bij de RBK. Onder CASES staat de uitgebreide projectbeschrijvingen en onder ONDERZOEK informatie over manieren van registratie en documentatie in het algemeen.